Abstractie en purisme zouden de uitgnagspunten zijn voor de uitbreiding van het markante woonhuis aan de Parklaan uit 1921 (architectuur als beschavingsideaal: Het bezield modernisme van A.H. Wegerif / Apeldoorn), zo vonden opdrachtgever en
MAD JOHANNESMOEHRLEIN architekten , beide aanhanger van Kazimir Meliwtsj 1935.
Daarnaast was 'licht' het belangrijkste punt in het programma van eisen, waarbij daglicht de wat sombere en soms donkere ruimtes van het bestaande huis zouden moeten doen opleven.
De uitbreiding, een multifunctionele ruimte voor wonen, slapen of werken werd als verbinding met de tuin, als een soort studio c.q. tuinkamer geconcipieerd.
Glasvlakken op diverse posities laten lichtinval vanuit alle hemelsrichtingen op alle tijden van de dag toe met zicht c.q. orientatie op de groene omgeving. Het semi-transparante glazen vlies aan de westzijde werkt daarbij als een lichtfilter en creëert voor de ruimtebeleving een groen decor.
De uitbreiding is middels een zelfde eikenhouten parketvloer van en met het bestaande huis verbonden.
Het glazen oog aan de noordzijde biedt uitzicht op het lommerrijke Zuiderpark.
Citaat A.H. Wegerif :
' De mensen moeten opnieuw leren wonen en waardering leren opbrengen voor de schoonheid van de ruimtelijkheid en een praktische inrichting van het huis '